Het vonnis waarbij de sluiting van de verrichtingen van het faillissement wordt uitgesproken is voorlopig van aard.
Dit voorlopig karakter bestaat hierin dat de gefailleerde of iedere belanghebbende op ieder tijdstip dat vonnis door de rechtbank van koophandel kan doen intrekken onder de voorwaarden zoals bepaald in art. 536, laatste lid, van de Faillissementswet.
Van L. t/ C.V. I. en Faillissement Van L.
De C.V. I. (eerste geïntimeerde) had appellant bij exploot betekend op 7 maart 1997 gedagvaard in faillietverklaring. Deze vordering was gesteund op het feit dat zij op 27 november 1996 een vonnis had verkregen waarbij appellant werd veroordeeld om aan haar 750.000 fr. te betalen, plus intresten en kosten, en dit vonnis niet kon worden uitgevoerd.
Het bestreden vonnis van 27 maart 1997 heeft appellant bij verstek in staat van faillissement verklaard.