Historiek van de wet op de afschaffing van de reglementering inzake prostitutie (1948)

Inhoudstabel p.2
Voorwoord p.7
Inleiding p.8
Deel 1: Reglementering en de abolitionitische beweging p.14
Hoofdstuk 1: Reglementering p.15
1. Frankrijk en Parent-Duchâtelet p.18
2. Nederland p.21
3. Engeland p.24
4. België p.26
Hoofdstuk 2: Abolitionistische bewegingen p.28
1. Het Engeland van Josephine Butler p.30
1.1 Algemeen p.30
1.2 De LNA p.32
1.3 Josephine Butler p.34
1.4 Argumentatie p.36
2. Nederland p.38
2.1 Algemeen p.38
2.2 De ontwikkeling van de abolitionistische strijd p.38
2.3 De Nederlandsche Vrouwenbond ter Verhooging van het Zedelijk Bewustzijn p.40
2.4 De socialisten p.42
2.5 Feminisme p.43
3. België p.45
3.1 Algemeen p.45
3.2 De Société de Moralité publique p.46
3.3 Mening over venerische ziekten in de Société de Moralité publique p.47
3.4 Vrouwen in de Société de Moralité publique p.48
3.4.1 Adelheid Momm p.49
3.4.2 Isala Van Diest p.50
3.5 De Société de Moralité publique in hun strijd tegen de handel in blanke vrouwen p.51
3.6 Het einde van de Société de Moralité publique p.52
Deel 2: België onderneemt stappen voor de afschaffing van de officiële reglementering van de prostitutie p.53
Hoofdstuk 3: Voorbereiden voorwetsontwerp door een Commissie – 5 april 1892 p.54
1. Argumenten p.59
1.1 Argumenten op moreel gebied p.59
1.1.1 Argumenten op moreel gebied van de reglementaristen p.59
1.1.1.1 De reddende functie van de reglementering p.59
1.1.1.2 Reglementering garandeert de openbare orde p.60
1.1.1.3 Argumenten tegen de wantoestanden van het abolitionisme p.61
1.1.1.4 Besluit p.61
1.1.2 Argumenten op moreel gebied van de abolitionisten p.62
1.1.2.1 Reglementering als de oorsprong van een nieuwe sensatie p.62
1.1.2.2 Reglementering als oorzaak van het verdwijnen van de morele rem p.63
1.1.2.3 Geen zedenvolle jeugd door de reglementering p.63
1.1.2.4 Reglementering en de verkoop van/handel in vrouwen p.64
1.1.2.5 Reglementering als een vernedering voor de prostituee p.65
1.1.2.6 Verdwijnen van de reglementering in andere landen p.65
1.1.2.7 Besluit p.66
1.2 Argumenten op gebied van hygiëne p.67
1.2.1 Argumenten van de reglementering op gebied van hygiëne p.67
1.2.1.1 Reglementering garandeert de openbare gezondheid p.67
1.2.1.2 Voorbeelden van de hoogbloei van de venerische ziekten als er geen reglementering is p.69
1.2.1.3 Besluit p.70
1.2.2 Argumenten van de abolitionisten op gebied van hygiëne p.70
1.2.2.1 Reglementering garandeert de openbare gezondheid niet p.70
1.2.2.2 Wantoestanden in het systeem van reglementering p.71
1.2.2.3 Besluit p.72
1.2.3 Algemeen besluit van de argumenten p.72
2. Voorwetsontwerpen p.73
Hoofdstuk 4: Wetsontwerp over de zedenpolitie – 06 februari 1900 p.75
1. Jules Lejeune p.75
2. Wetsontwerp p.78
2.1 Lejeune’s argumenten p.78
2.1.1 Argumenten op moreel gebied p.78
2.1.1.1 Reglementering, bescherming voor de prostituees of voor hun klanten? p.78
2.1.1.2 Reglementering gaat in tegen de individuele vrijheid van de prostituee p.79
2.1.1.3 Besluit van de morele argumenten p.79
2.1.2 Argumenten op hygiënisch gebied p.79
2.2 Dus, reglementering of niet? p.80
2.3 Lejeune’s bepalingen p.81
3. Conclusie p.83
Hoofdstuk 5: Wetsvoorstel tot de afschaffing van de officiële reglementering van de prostitutie – 23 maart 1933 p.84
1. Initiatiefnemers van het wetsvoorstel p.84
2. Wetsvoorstel p.87
2.1 Argumentatie p.87
2.1.1 Argumenten op moreel gebied p.87
2.1.1.1 De persoonlijke vrijheid van het individu p.87
2.1.1.2 Wat met de clandestiene prostituees? p.88
2.1.1.3 ‘Handel in blanke slavinnen’ p.89
2.1.1.4 Het aanpakken van de pooier p.90
2.1.1.5 Besluit van de morele argumenten p.90
2.1.2 Argumenten op hygiënisch gebied p.90
2.1.3 Besluit p.90
2.2 Maatregelen p.91
3. Verslag namens de Commissie voor Justitie en Burgerlijke en Strafrechtelijke Wetgeving –31 januari 1935 p.93
3.1 Argumentatie van de Commissie voor Justitie en Burgerlijke en Strafrechtelijke Wetgeving p.93
3.1.1 Argumenten op moreel gebied p.93
3.1.1.1 Ontucht noodzakelijk voor de man? p.93
3.1.1.2 Reglementering bevordert de ontucht van de man p.93
3.1.1.3 Reglementering leidt tot prostitutie en handel in vrouwen p.94
3.1.1.4 Reglementering leidt tot een klasseninstelling p.94
3.1.1.5 Besluit van de morele argumenten p.95
3.1.2 Argumenten op hygiënisch gebied p.95
3.1.3 Buitenland p.96
3.1.4 Besluit p.97
3.1 Maatregelen van de Commissie voor Justitie en Burgerlijke en Strafrechtelijke Wetgeving na de afschaffing van de officiële reglementering p98
Hoofdstuk 6: Wetsvoorstel tot de afschaffing van de officiële reglementering van de prostitutie – 5 november 1936 p.99
1. Initiatiefnemers van het wetsvoorstel p.99
2. Wetsvoorstel p.101
3. Verslag namens de Commissie van Justitie p.101
3.1 Argumenten voor de afschaffing namens de Commissie van Justitie p.101
3.1.1 argumenten op moreel gebied p.101
3.1.1.1 Reglementering leidt tot een klasseninstelling p.101
3.1.1.2 De persoonlijke vrijheid van het individu p.101
3.1.1.3 ‘Handel in blanke slavinnen’ p.102
3.1.1.4 Reglementering faalde op gebied van de publieke huizen p.102
3.1.1.5 Besluit van de morele argumenten p.103
3.1.2 Argumenten op gebied van hygiëne p.103
3.1.2.1 Medische controles waren niet doeltreffend p.103
3.1.2.2 Mannen en medische controles p.103
3.1.2.3 Besluit van de hygiënische argumenten p.104
3.1.3 Buitenland p.104
3.1.4 Besluit p.105
3.2 Maatregelen die volgens de Commissie van Justitie moeten genomen worden na
de afschaffing van de reglementering. p.105
Hoofdstuk 7: Wetsvoorstel tot de afschaffing van de officiële reglementering van de prostitutie – 3 mei 1939 p.106
1. Initiatiefnemer van het wetsvoorstel p.106
2. Wetsvoorstel p.106
3. Verslag p.106
Deel 3: Afschaffing van de officiële reglementering van de prostitutie p.107
Hoofdstuk 8: Wetsvoorstel tot de afschaffing van de officiële reglementering van de prostitutie – 19 oktober 1946 p.108
1. Initiatiefnemers p.109
2. Wetsvoorstel p.111
2.1 Argumenten p.111
2.1.1 Argumenten op moreel gebied p.111
2.1.1.1 Wat met de clandestiene prostituees? p.111
2.1.1.2 De persoonlijke vrijheid van het individu p.112
2.1.1.3 ‘Handel in blanke slavinnen’ p.112
2.1.1.4 Reglementering van de pooier p.113
2.1.2 Argumenten op gebied van hygiëne p.114
2.1.3 Besluit p.115
2.2 Maatregelen p.115
Hoofdstuk 9: Verslag namens de Commissie voor Volksgezondheid en Gezin voor de Kamer der Volksvertegenwoordigers – 26 juni 1947 p.118
1. Woordvoerder p.118
2. Argumenten: enkel en alleen op hygiënisch gebied p.119
2.1 Gebrekkige medische controles p.119
2.2 Clandestiene prostituees p.119
2.3 Het buitenland p.119
2.4 Mannen en medische controles? p.121
Hoofdstuk 10: Verslag namens de Commissie van Volksgezondheid en Gezin voor de Senaat – 17 juni 1948 p.122
1. Argumenten p.122
1.1 Argumenten op moreel gebied p.122
1.1.1 Gemeentewetten niet conform p.122
1.1.2 Reglementering niet voor alle meisjes van plezier p.122
1.2 Argumenten op hygiënisch gebied p.123
1.2.1 Grenoble p.123
1.2.2 Medische controles niet doeltreffend p.124
Deel 4: Bevindingen p.125
Hoofdstuk 11: Vergelijking van de argumenten doorheen de geschiedenis van het wetsvoorstel p.126
Hoofdstuk 12: Heeft België de resultaten van andere landen afgewacht? p.134
Besluit p.136
Bijlagen p.141
Bibliografie p.172