De wet op de voorlichtingsplicht bij commerciële samenwerkingsovereenkomsten is van toepassing voor de bij art. 2 bapaalde samenwerkingen:
Art. 2 van de wet lijnt het toepassingsgebied als volgt af :
« Deze wet is van toepassing op commerciële samenwerkingsovereenkomsten gesloten tussen twee personen die elk in eigen naam en voor eigen rekening werken, waarbij de ene persoon het recht verleent aan de andere, die daarvoor een vergoeding van welke aard dan ook, rechtstreeks of onrechtstreeks betaalt, om bij de verkoop van producten of de verstrekking van diensten een commerciële formule te gebruiken onder één of meerdere van de volgende vormen :
- een gemeenschappelijk uithangbord;
- een gemeenschappelijke handelsnaam;
- een overdracht van knowhow;
- een commerciële of technische bijstand».
De wet heeft dus een ruimer toepassingsgebied dan wat sensu stricto onder franchising begrepen wordt. De regering was van oordeel dat een wet beperkt tot franchising een discriminatie in het leven zou roepen ten aanzien van gelijkaardige overeenkomsten.
Kooph. Tongeren (5de k.), 31 maart 2009
A.R.nr.A/08/01404
(b.v.b.a. Frappe t. V Jodi n.v.)
[ ... ]
1. Voorgaanden
a) De n.v. V Jodi verkoopt en verhuurt grote en kleine horecamaterialen zoals kookfornuizen, koffiemachines, slagroommachines, terrasverwarmers en dergelijke. Een nevenfirma van haar, de firma K.D.S., levert koffie en toebehoren voor de horeca.
De b.v.b.a. Frappe baat een cafe uit. Tussen beide partijen werd een overeenkomst gesloten op 17 juli 2006
zie noot in DAOR onder deze uitspraak