Artikel 4.1 Zevende Aanvullend Protocol EVRM, zoals uitgelegd door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, verhindert niet dat onderscheiden administratieve procedures tot oplegging van fiscale sancties, die tegen eenzelfde persoon en wegens dezelfde feiten werden ingesteld alvorens één ervan definitief werd beëindigd, tot hun einde worden voortgezet en, desgevallend, beëindigd worden met een beslissing tot oplegging van een sanctie, op voorwaarde dat vaststaat dat de desbetreffende procedures, zowel substantieel als temporeel, voldoende nauw met elkaar verbonden zijn
AR nr. F.15.0081.N
E.D.S. en R.D’H. t/ Belgische Staat, minister van Financiën
I. Rechtspleging voor het Hof
Het cassatieberoep is gericht tegen een arrest van het Hof van Beroep te Gent van 23 september 2014.
...
III. Beslissing van het Hof
Beoordeling
1. Art. 14.7 IVBPR bepaalt dat niemand voor een tweede keer mag worden berecht of gestraft voor een strafbaar feit waarvoor hij reeds overeenkomstig de wet en het procesrecht van elk land bij einduitspraak is veroordeeld of waarvan hij is vrijgesproken.
zie ook noot onder dit arrest in het R.W.
Fiscale Actualiteit [Fisc. Act.] DESTERBECK, Francis: Noot ''Una via': de rechtspraak geeft de richting aan' 2017, nr. 41, p. 8-10.