Onbetaald loon kan ingevorderd worden voor de arbeidsrechtbank op basis van schadevergoeding wegens het misdrijf wanbetaling loon zoals ingeschreven in de wet op de loonbescherming.
Waar de niet-betaling van loon een misdrijf vormt als gevolg van artikel 42 van de loonbeschermingwet, kan de werknemer een vordering tot herstel van de door dat misdrijf veroorzaakte schade instellen, ook al bestaat de vergoeding van de geleden schade in de betaling van het loon zelf; dergelijke rechtsvordering verjaart volgens de bij de Voorafgaande Titel van het Wetboek van Strafvordering bepaalde voorschriften
De niet-betaling van het loon op gezette tijden levert een misdrijf op, op grond van artikel 9 van de loonbeschermingswet.
Eindejaarspremies maken deel uit van het loon. Indien de betaling van een dertiende maand werd opgelegd door een algemeen verbindend verklaarde collectieve arbeidsovereenkomst, dan is de niet-betaling ervan tevens strafbaar krachtens artikel 56, 1 van de CAOwet van 5 december 1968. In de huidige stand van de procedure verwijst mevrouw M. echter niet naar een dergelijke algemeen verbindend verklaarde CAO.
Artikel 23,2° van de feestdagenwet van 4 januari 1974 stelt het niet betalen van feestdagenloon strafbaar.
Ook de niet betaling van vakantiegeld wordt strafbaar gesteld door art 54 van de op 28 juni 1971 gecoördineerde vakantiewetten.
Bij de niet opzettelijke misdrijven, zoals de meeste sociaalrechtelijke misdrijven, bestaat het moreel bestanddeel uit de volwaardige wil van de dader om de materiële handeling of nalatigheid te stellen; wanneer de werkgever een rechtvaardigingsgrond inroept en wanneer deze bewering niet ontbloot is van elk element van geloofwaardigheid, staat het aan degene die zich op dit misdrijf beroept, om de onjuistheid van deze rechtvaardigingsgrond aan te tonen.
Rechtvaardigingsgronden zijn deze die elke fout in hoofde van de betrokkene uitsluiten, zoals overmacht, onoverwinnelijke dwaling, of een noodtoestand.
De onachtzaamheid of het gebrek aan voorzichtigheid volstaat voor de aanwezigheid van het moreel bestanddeel van het misdrijf.
Wanneer er sprake is van een voortgezet misdrijf begint de verjaringstermijn van de strafvordering pas te lopen vanaf het laatste strafbaar feit dat met hetzelfde opzet werd gepleegd, voor zover de termijn tussen de verschillende strafbare feiten niet langer is dan de verjaringstermijn, behoudens schorsing of stuiting van de verjaring (A.De Nauw, De verjaring van de rechtsvordering ex delicto in het sociaal recht, in M. Rigaux, Actuele problemen van het Arbeidsrecht 4, Maklu 1994, 13).
Voor een voorgezet misdrijf is eenheid van opzet vereist.
Eenheid van opzet bestaat uit een bepaald doel of een plan waarvan de veelheid van misdrijven de uitvoering vormen, waardoor ze worden beschouwd als één enkel strafbaar feit, doordat ze voortvloeien uit éénzelfde misdadig opzet (Cassatie, 4 september 1974, JTT 1975,251).
Het staat aan de feitenrechter te oordelen of verscheidene misdrijven wegens eenheid van opzet één enkel strafbaar feit uitmaken (Cassatie, 4 december 1989, R.W. 1989- 1990, 1192).
Voor zover een voor de arbeidsovereenkomst kenmerkende gezagsuitoefening zou komen vast te staan, is het regelmatige en aanhoudend verzuim van een werkgever om loon en feestdagenloon te betalen een voortgezet misdrijf (Arbeidshof Antwerpen, 2 maart 1981, JTT 1982, 34). Hetzelfde geldt voor het vakantiegeld en de eindejaarspremie die voortvloeien uit deze achterstallen.
3 e KAMER
A.R. nr. 2009/AB/52200
ARBEIDSHOF TE BRUSSEL
ARREST
OPENBARE TERECHTZITTING VAN 25 MAART 2011
ARBEIDSRECHT - arbeidsovereenkomst bediende tegensprekelijk
In de zaak:
M.L.,appellante,
Tegen:
INBEV BELGIUM NV,voorheen lnterbrew Belgium Nv,
met maatschappelijke zetel te 3000 LEUVEN, Vaartkom 31, geïntimeerde,
Mede inzake:
1. RIJKSDIENST VOOR SOCIALE ZEKERHEID,met zetel te 1060 BRUSSEL, Victor Hortaplein, 11,
vrijwillig tussenkomende partij,