Een student had zich ingeschreven online via internet bij een particuliere studiebegeleider ter voorbereiding van de examens. De rechter oordeelde dat deze contractuele relatie onderworpen was aan de WMPC (thans WER) en toetste de verschillende contractuele bepalingen aan de deze wet meerbepaald aan de bepalingen mbt de ondeerlijke bedingen. (art 46 §1 WMPC). De caststelling dat het contract deze bepalingen schendt bevrijdt de student van elke verplichting. ten overvloede kan de repetitor zich niet beroepen op algemene voorwaarden waarin oneerlijke bedingen zijn opgenomen.
In het contract met deze repetitor stond dat de student zich diende te onderwerpen aan een het attest van een controlearts wanneer de student een medisch attest voorlegde. Deze bepaling werd als oneerlijk beding aanzien.
Jacques Laffineur Contrat à distance, conditions générales et force majeure, DCCR 2014, 101